Korte broek
Toen de zon zich vorige week iets meer liet zien dan in al die grauwe winderige weken daarvoor, zag ik hem: een knul van een jaar of 20 die een korte broek aan had. Zijn harige witte benen trotseerden moedig de frisse noordenwind. Je kunt zulk soort te vroeg ingezet gedrag natuurlijk hoofdschuddend afwijzen, maar ik zag er een metafoor in. Een metafoor voor het verlangen naar de lente. Vroeger konden we blind afgaan op de eerste krokussen en sneeuwklokjes, het eerste kievitsei en de terugkerende vogels als voorbodes van het aanstaande voorjaar. Maar het klimaat en daarmee de natuur zijn danig in de war. Afgelopen winter was toch eigenlijk niet meer dan een koele zomer. Dus tja, wanneer wordt het dan lente? De herfst ligt namelijk meer voor de hand. Tegenwoordig moet je het hebben van optimisten die gewoon hun winterjassen thuislaten en hun blote ledematen aan 8 á 9 graden blootstellen. Ze dagen de lente als het ware uit, alsof ze zeggen: kijk wij durven al, nou jij nog, lente.